Als u afwijkend geluid hoort, kunt u dat melden via het speciale formulier ‘Melding afwijkend geluid’. U vindt dat door hier te klikken.
Windturbines maken geluid. De rotorbladen (wieken) die rond draaien zorgen voor dat geluid. Het geproduceerde geluid is te vergelijken met andere omgevingsgeluiden (fabrieken, autowegen, etc). Onderzoek heeft geleerd dat er ook een subjectieve kant aan het geluid zit: wie zich stoort aan windturbines zal geluiden eerder horen.
Hoge en lage windturbines Moderne, hogere windturbines maken niet per definitie meer geluid dan oudere, kleinere windturbines. Wettelijk is de jaarlijks toegestane gemiddelde hoeveelheid geluid op de gevel van woningen vastgelegd: maximaal 47 dB Lden. Hierbij wordt de geluidbelasting die optreedt gedurende de nacht en de avond zwaarder meegewogen dan geluid overdag (zie kader). In het algemeen kan gesteld worden dat wanneer aan de norm van 47 dB Lden kan worden voldaan, ook wordt voldaan aan de norm van 41 dB Lnight.
De toegestane hoeveelheid geluid is ongeacht het aantal of de hoogte van de windturbines. Dus als er meerdere turbines in de buurt staan, mogen deze samen niet meer dan 47 dB Lden op de gevel van een woning in de buurt produceren. De praktijk leert dat die norm van 47 dB Lden alleen bij de dichtstbijzijnde woningen, doorgaans op zo’n 400 meter afstand of zelfs dichterbij, wordt bereikt. Uit onderzoek (Hinder door geluid van windturbines-TNO.nl)) (dosiseffect-relaties) dat is gedaan naar het geluid van windmolens blijkt dat gemiddeld 8 procent van omwonenden binnenshuis hinder ervaart als het geluid op de gevel van de woning gelijk is aan de wettelijke norm (Lden 47 dB). Bij huizen die verder weg staan zal dit lager zijn.
Wat is Lden?
Toelichting op de term Lden
Lden is een rekengrootheid die niet direct kan worden gemeten. Het betreft een ééngetalswaarde, waarbij de gemiddelde geluidsbelasting in de dag- (Lday), avond- (Levening) en nachtperiode (Lnight) met een weegfactor (toeag) wordt meegenomen. Voor de avond geldt een toeslag van 5 dB en voor de nacht van 10 dB.
De Lden (Level day-evening-night) is een maat om de geluidsbelasting door omgevingslawaai uit te drukken. Sinds 2004 is het gebruik van de Lden in alle Europese landen verplicht.
Voor de bepaling van Lden wordt het etmaal in drie periodes verdeeld:
– dagperiode 07.00-19.00 uur
– avondperiode 19.00-23.00 uur
– nachtperiode 23.00-07.00 uur
Eerst wordt per periode het equivalente geluidsniveau over een heel jaar bepaald, uitgedrukt in dB(A) Bij de avond en de nachtwaarde wordt vervolgens een straffactor van respectievelijk 5 en 10 dB(A) opgeteld. De reden hiervan is dat een bepaald geluidsniveau in de avond en de nacht door het verminderen van geluiden uit de omgeving als hinderlijker wordt ervaren dan het geluid van overdag. Een andere reden is dat het voor eventuele slaapverstoring gedurende de nacht van belang is ‘s nachts strengere eisen te stellen.
De rotorbladen De rotorbladen van windturbines veroorzaken het meeste geluid. De bladen hebben de afgelopen decennia grote ontwikkelingen doorgemaakt. Zo kan de stand van de bladen worden aangepast zodat deze meer of minder wind vangen (en meer of minder geluid maken). Maar ook het uiterlijk is aangepast. Aan de uiteinden zijn sinds enkele jaren zogeheten uilenveren gemonteerd. Die kleine driehoekige ‘tandjes’ verminderen het zoevende geluid dat rotorbladen maken bij hun omwentelingen. Lees hier meer over de uilenverenstructuur.
Wettelijke normen Over de geluidsproductie -en de hoorbaarheid van geluid- zijn wettelijke normen vastgesteld. Die normen moeten onaanvaardbare geluidsdruk voor omwonenden voorkomen. De overheid gaat daarbij uit van een gemiddelde geluidsbelasting. Meer over die geluidsnormen leest u hier.
Geluidscontouren Drentse Monden en Oostermoer De afspraken rond geluidsproductie zijn zichtbaar in kaarten met zogeheten geluidscontouren. Rond locaties van windturbines geven lijnen die contouren aan. Uitgangspunt is daarbij het jaargemiddelde van geluidsbelasting: 47dB Lden. Aan méér dan dat jaargemiddelde mag een gevel van een geluidgevoelig object zoals bijvoorbeeld een woning niet worden blootgesteld.
Er zijn ook twee kaarten gemaakt met een overzicht van de contouren voor het gehele gebied rond de windturbines. Noord Zuid
Inschatting per windturbine Voor elke turbine van het windpark De Drentse Monden en Oostermoer is berekend hoeveel geluid deze in een jaar gemiddeld zal produceren. De fabrikant garandeert die maximale geluidsproductie; in de praktijk valt deze doorgaans iets lager uit. Indien verwacht wordt dat de genoemde grens wordt overschreden, dan zal de geluidsproductie in bepaalde periodes (vaak ’s nachts) worden teruggeschroefd door de stand van de bladen te veranderen. Gedurende het jaar wordt de totale geluidsproductie gemonitord aan de hand van de operationele turbine data en vindt indien nodig nog verdere geluidsreductie plaats aan het einde van het jaar. Zodoende zorgt DMO dat de geluidsproductie binnen de gestelde grenzen blijft.
Laag frequent geluid Als geluid van windturbines ter sprake komt, valt ook al snel de term ‘laagfrequent geluid’. Eind oktober 2020 beantwoordde staatssecretaris Van Veldhoven (Infrastructuur en Milieu) Kamervragen over windparken en dat laag frequent geluid met: “Er zijn geen nieuwe wetenschappelijke inzichten die aanleiding geven tot een aanpassing van de Nederlandse normering. Het geluidsspectrum van windturbines wijkt niet noemenswaardig af van dat van andere bronnen, zoals bijvoorbeeld transportgeluid. Er is geen indicatie dat het laagfrequente deel van turbinegeluid andere effecten heeft op omwonenden dan geluid in het algemeen, noch dat infrasoon geluid onder de hoorbaarheidsgrens enig effect kan hebben.”